Wekelijks interviewt Sebastiaan van Loosbroek, journalist voor o.a. het Leidsch Dagblad, mensen met een bijzondere band met de Lammermarkt. De interviews gaan over persoonlijke ervaringen, de geschiedenis van de Lammermarkt en anekdotes die zich rond dit gebied hebben afgespeeld.
Deze week: Hennie van der Lelie (61). Hij werkt sinds 1979 op molen De Valk en vertelt waarom het belangrijk is de molen draaiende te houden, of de molen ooit weer meel gaat produceren en hoe hij de verandering van het uitzicht ervaart.
interview #12 (deel II)
Ik zeg al heel lang dat we weer gaan produceren
‘Er zijn twee redenen om de molen te laten draaien. Ten eerste om de aantrekkelijkheid te verhogen. Als er wat beweegt gebeurt er tenminste wat! Maar ook zodat de molen in beweging blijft, want stilstand is niet goed. Er kan vocht in de wieken komen, en dat loopt er makkelijker uit als het in beweging is. Ook moeten de houten rollen waarop de kap beweegt in beweging blijven. Als de kap heel lang niet zou draaien, krijg je een soort moeten in die rollen op de plek waar het drukt. En de lakens gaan dan niet vastzitten , de boel gaat niet verzakken… Dus het moet gewoon bewegen.
meel voor de lol
Van ongeveer 2000 tot 2011 hebben we tarwe gemalen waar we meel van maakten, maar dat was meer voor de lol. We verkochten het meel namelijk voor dezelfde prijs als waar we de tarwe voor inkochten. In het begin hadden we één bakker aan wie we het meel verkochten. Dat was nog lucratief, maar die is er na een paar jaar mee opgehouden. Daarna verkochten we het alleen nog op de molen aan toeristen. Na 2011 hebben we te maken gehad met allerlei verbouwingen en restauraties na elkaar waardoor de molen een tijd niet heeft kunnen draaien. Sindsdien is de productie niet meer opgepakt. Ik zeg al heel lang dat we het wel weer gaan doen, maar inmiddels begin ik daar zelf ook aan te twijfelen.
oude veemarktterrein
Toen ik hier kwam werken was het plein nog herkenbaar als het oude veemarktterrein. De veemarkt was al jaren eerder verplaatst naar de Groenoordhallen, maar die verhoginkjes waar het vee op had gestaan waren er nog. Daar parkeerden toen auto’s. De palen waar het vee aan vastgebonden stond waren wel weg. De autoweg voor InCasa lag er toen nog niet, dus het plein was toen veel groter. Op een gegeven moment is het gebied heringericht en het plein vlak gemaakt om dienst te kunnen doen als parkeerterrein. Tot de huidige verbouwing is die situatie nooit veranderd.
molen op een eiland
Op dit moment staat de molen op een soort eiland: het is vrij onbenaderbaar door de heg eromheen. Dat was nog erger toen de bomen op het plein er nog stonden. Toen zag je alleen de bovenkant van de molen. Inmiddels is hij zichtbaarder, en het plan is om hem vanaf meerdere punten beter zichtbaar en benaderbaar te maken.
tot mijn pensioen
Ik zal hier blijven werken tot mijn pensioen. Ik vind het nog steeds leuk. Het wordt een beetje een kindje van je. Bovendien is het verloop hier zeer gering en het ziekteverzuim vrijwel nul. Er zijn vier mensen in dienst, waarvan ik de enige fulltimer ben. Degene die hier het kortst werkt is hier ook al een jaar of vierentwintig. Als je hier eenmaal zit ga je nooit meer weg.’
Sebastiaan van Loosbroek (1992) is masterstudent Journalistiek & Nieuwe Media aan de universiteit Leiden en is freelance journalist. Hij schrijft onder meer voor Leids Universitair Weekblad Mare en is columnist van Leidsch Dagblad.