Hendrik Valk (1897-1986) stelde zich niet tevreden met het gebruikelijke weergeven van de werkelijkheid. Samen met andere kunstenaars zocht hij aan het begin van de twintigste eeuw naar het 'wezen' van het kunstwerk. Leven en kunst zouden op harmonische wijze met elkaar moeten worden verbonden. Kunst en de kunstenaar zouden daarmee een nieuwe, centrale plek verwerven.
Een grootse schenking van Else Valk vormt in 2015 de aanleiding voor een tentoonstelling van zijn werk in Museum De Lakenhal: Hendrik Valk 1897-1986. Tussen abstractie en figuratie. Lees op deze pagina meer over het leven van deze Leidse kunstenaar.
jeugd in Zoeterwoude
Hendrik Valk groeide op in Zoeterwoude, in een artistiek milieu: zijn vader was chef ontwerper van zilveren en gouden bestek en vaatwerk bij de firma Van Kempen in Voorschoten. Hij vond dat ook zijn zonen veel moesten lezen en kijken en absoluut een kunstopleiding moesten volgen. In 1912 ging Hendrik Valk naar de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag, waar hij in vier jaar de opleiding tot leraar hand- en rechtlijnig tekenen afrondde.
een zomer in Stroe
Het jaar 1917 markeert een bijzonder punt in het leven van Hendrik Valk. In de zomermaanden verbleef hij in een plaggenhut in Stroe, op de Veluwe. Hier maakte Valk een grote hoeveelheid werken, waarin hij experimenteerde met de weergave van de natuur. Hij durfde daarbij steeds meer afstand te nemen van de zichtbare werkelijkheid.
serie pastels
Een serie pastels uit deze periode bevindt zich in de collectie van Museum De Lakenhal, in 1995 geschonken door Else Valk, dochter van Hendrik Valk.
eerste exposities in Den Haag
In 1917 exposeerde Hendrik Valk werken uit de periode in Stroe bij de Haagse kunsthandel d'Audretsch. De recensies die hierop volgden waren vol lof voor de jonge kunstenaar. De Telegraaf van 12 januari 1918 schreef bijvoorbeeld:' Ik heb genoeg vertrouwen in het talent van Valk en ook in zijn ernstigen werklust, om hem dezen raad te durven geven.' Hiermee doelde de recensent op de toekomstige ontwikkeling van de - stilistisch nog wat onvaste - hand van de kunstenaar. 'Als een werkzame jonge geest als Valk zich op de praktische beoefening van onze technieken gaat toe leggen dan vindt hij vanzelf de bezonkenheid, de concentratie en de vastheid, die hij nu nog te zeer mist.'
Hij vond de werkelijkheid die wij gewoon zien verwarrend en misleidend. Dat groeit maar, dat bloeit maar en dat beweegt maar, dat glimlacht maar. Daar zitten allerlei details aan, en daar zitten weer andere details aan en dat zijn weerschijnen en schaduwen en vervormingen – en dat is niet het wezen van de werkelijkheid. Dat is iets anders, dat ligt daarachter. Dat was zijn schilderkunstige opvatting, die hij putte uit vroeg 20ste-eeuwse filosofie
Journalist & kunstkenner Pierre Janssen over Hendrik Valk
ontmoeting met Van Doesburg
In de jaren 1918-1920 had Valk een atelier aan het Posthoflaantje in Leiden. Hij maakte hier kennis met het werk van kunstenaarsbeweging De Stijl, in 1917 door Theo van Doesburg opgericht. In 1920 ontmoetten Valk en Van Doesburg elkaar toevalligerwijs. De laatste zag een geestverwant in de jonge Valk en vroeg of deze zich bij De Stijl wilde aansluiten. Valk weigerde, want hij was niet van plan zich te binden.
Lees meer in het verhaal over
Theo van Doesburg & De Stijl
Valk en tijdgenoten
Recensenten viel vooral het grafische talent van Valk op. Zijn kenmerkende stijl, met scherpe vlakverdelingen en vereenvoudiging van voorstellingen, doet regelmatig denken aan ontwerpen voor glas-in-lood. De invloed van tijdgenoten als Bart van der Leck (1876-1958) valt daarnaast niet te ontkennen. Ook in het werk van Van der Leck bleek de waarneembare werkelijkheid altijd herkenbaar.
Het ontbijt
Het Ontbijt uit 1921 is een sleutelstuk in het oeuvre van Hendrik Valk. In 1992 werd het schilderij met behulp van de Vriendenvereniging VBL aangekocht voor de collectie van Museum De Lakenhal via Felix, zoon van Hendrik Valk.
Het ontbijt
Hendrik Valk
Hendrik Valk wilde de natuur ‘vergeestelijken’. Hij wilde het wezenlijke in de natuur uitdrukken door het accentueren van kernlijnen van de zichtbare werkelijkheid. Ondanks deze stilering blijft de voorstelling herkenbaar. Valk schreef over dit schilderij: ‘Aan tafel zaten twee mannen en een vrouw, links en rechts waren grote vlakken geel aangebracht, koren voorstellend. En op tafel lag een brood - het was een stil moment voordat men zou beginnen te eten.’ Het schilderij maakte deel uit van een religieus getinte serie, die bij een bombardement tijdens de Tweede Wereldoorlog grotendeels verloren ging. Valks werk komt qua werkwijze dicht in de buurt van dat van Bart van der Leck die tot de beweging van De Stijl hoorde.
Lees meerop pad met de woonwagen
Na een korte periode in Wassenaar te hebben gewoond, begon Valk in 1921 aan een trektocht door Nederland met een zelfgebouwde woonwagen met paard. Groningen, de woonplaats van zijn broer, de beeldhouwer Willem Valk, is het einddoel. Onderweg voorziet hij in zijn levensonderhoud door tekeningen te verkopen en het schilderen van onder meer reclameborden. De prentbriefkaarten die hij aan zijn familie in Leiden stuurde vormen een verslag van deze bij gelegenheid barre tocht.
Huisje in Wassenaar
Vanaf 1921 heeft Hendrik Valk een wit huisje in Wassenaar. Hij woont en werkt tot het jaar 1926 afwisselend hier en in Katwijk aan Zee, Marum en Veere.
Huisje te Wassenaar
Hendrik Valk
Hendrik Valk behoort tot de kunstenaars die vasthielden aan de waarneming van de visuele werkelijkheid als uitgangs-punt voor hun werk, maar die het realisme afzworen. In stijl en interesses bestaan er overeenkomsten tussen Valk en de leden van kunstenaarsgroep De Stijl waarvan Theo van Doesburg de oprichter was. Valk hanteerde een zelfde abstraherings-methode als Van Doesburg. Beiden gaan uit van een naturalistische voorstelling die steeds verder geabstraheerd wordt. Valk heeft echter altijd de visuele werkelijkheid een herkenbare rol laten spelen in zijn schilderijen. In dit opzicht vertoont het werk van Valk ook gelijkenis met dat van Bart van der Leck.
Lees meerJaren als docent in Arnhem
Groningen zou Valk op zijn trektocht die begon in 1921 niet halen. Hij kwam uit in Gelderland, waar hij in aanraking kwam met het bestuur van het Genootschap Kunst-Oefening in Arnhem, de latere Academie voor Beeldende Kunsten. Na een ongelukkige periode, waarin Valk krampachtig zocht naar zijn eigen stijl, zou Valk daar vanaf 1926 lessen geven in onder meer Kop- en Modeltekenen. Hij richtte bovendien de Grafische Afdeling op, tot grote dankbaarheid van zijn leerlingen, waaronder Klaas Gubbels en Marc Brusse. In zijn methodiek stond de ontwikkeling van de leerling altijd centraal, het was nadrukkelijk niet de bedoeling om een bepaalde, laat staan zijn eigen, stijl aan hen op te dringen.
Zelfportret en een nieuw begin
De komst naar Arnhem markeerde een nieuw begin in het leven en werk van Hendrik Valk. Niet alleen zou hij een periode opvallend realistisch schilderen, waarvan dit zelfportret een voorbeeld is, hij ontmoet ook zijn toekomstige vrouw, de van oorsprong Russische Tatiana Kotschergina, met wie hij op 4 januari 1928 trouwt. In 1929 wordt hun eerste kind Felix geboren en in 1933 volgt dochter Else.
Zelfportret
Hendrik Valk
toneel
In Arnhem raakte Hendrik Valk zeer betrokken bij de wereld van het toneel. Hij ontwierp verschillende decors en kostuums voor onder meer het Oost Nederlands Tooneel, geleid door Albert van Dalsum.
kunstenaar in oorlogstijd
Tijdens de eerste jaren van de Tweede Wereldoorlog ging het werk aan de Academie voor Valk nog gewoon door. Pas na de slag om Arnhem in 1944, toen een groot deel van zijn oeuvre werd verwoest door de binnenvallende Duitse soldaten en het bombardement, werd het gezin geëvacueerd naar Garderen, op de Veluwe. Zijn werken op eterniet (een samengeperst, versteend mengsel) werden vertrapt door de Duitsers om er een barricade van te maken. Het Ontbijt bleef gespaard, aangezien dit schilderij op dat moment bij broer Willem in Groningen was. Valk schilderde in Garderen realistische voorstellingen en ruilde deze tegen voedsel. Na de oorlog keerde het gezin terug naar Arnhem, waar Hendrik Valk zijn lessen aan de Academie hervatte en zich weer volop in het culturele leven stortte.
spotprenten
Jarenlang maakte Hendrik Valk uiteenlopende spotprenten, met name voor het weekblad Groot-Arnhem. Hij ging daarbij vooral in op het gebrek aan ondersteuning en stimulering van kunstenaars in de regio.
de late jaren
Na zijn pensionering in 1973 volgden de tentoonstellingen van zijn werk zich na lange tijd in snel tempo op. Ook na zijn dood in 1986 blijft de belangstelling voor het werk van Hendrik Valk bestaan. Zo vonden in Museum De Lakenhal tentoonstellingen plaats in 1973, 1997 en 2015.
Zijn eigengereidheid heeft Hendrik Valk een bijzondere plaats in de Nederlandse kunstgeschiedenis opgeleverd, los van stromingen of vastomlijnde stijlen. Hoewel de grondbeginselen van zijn filosofie ver voeren, langs de Egyptische en Gotische beeldcultuur en middeleeuwse mystici als Johannes Ruusbroec, oogt zijn werk tot op de dag van vandaag opvallend helder en herkenbaar.
Interview met Hendrik Valk (bewerking 1997)
met dank aan
Else Valk en Stichting Valk
literatuur
- Alex de Vries, Hendrik Valk 1897-1986, 2005. Verschenen bij uitgeverij Terra Lannoo, Warnsveld.
- Doris Wintgens Hötte, Hendrik Valk, Leiden 1997